Wat (niet) te zeggen bij rouw

Verlies hoort bij het leven. Gek dan eigenlijk, dat we toch vaak niet weten wat we moeten zeggen als iemand aan het rouwen is. Journalist Merel Brons maakte dat ook mee toen haar moeder overleed: zóveel onhandige opmerkingen… Maar niks zeggen is ook geen optie. “Genegeerd worden is voor een nabestaande het allermoeilijkst.”

Toen mijn eigen moeder bijna vier jaar geleden overleed, kreeg ik op meerdere momenten te maken met mensen die – onbewust, denk ik – nogal merkwaardige dingen tegen me zeiden. Het begon met de uitvaartonderneemster die bij ons thuis kwam, zo’n twee uur nadat wij afscheid van mijn moeder namen. Ik stond nog te trillen op mijn benen. Uit beleefdheid vroeg ik haar of ze misschien wat wilde drinken. ‘Doe mij maar een heerlijke cappuccino,’ bestelde ze bij me, alsof ik zin had om nog even de barista uit te gaan hangen op dat moeilijke moment. Achteraf begreep ik daar niets van: zo’n vrouw komt toch op dagelijkse basis in contact met mensen die zo verdrietig zijn? Ze zou toch beter moeten weten?

Na de uitvaart, in de condoleance rij, merkte ik dat mensen wel vaker iets tegen me zeiden waarvan ik dacht: meen je dat nou?  Zoals een lieve, verder altijd meelevende buurvrouw die me een knuffel gaf en zei: ‘En nu weer dooooorrrr!’. Ik knipperde met mijn ogen en zweeg. Ik ben het nooit vergeten, maar kan er nu zelfs wel een beetje om lachen: zo ontzettend onhandig, denk ik dan.

Want dat is het namelijk vaak: onhandigheid. Zeker mensen die in hun omgeving zelf nog niet eerder met een groot verlies te maken hebben gehad, weten niet goed wat ze moeten zeggen of doen in deze situatie. Dus proberen ze maar wat. En dat pakt soms goed uit en soms wat slechter.

Het wordt echt gezegd: ‘Dan maak je toch gewoon een nieuw kindje?’

Op Facebook vroeg ik onlangs of er meer mensen dit soort anekdotes hebben over hun rouwtijd. Dat het een onderwerp is dat leeft – haha, voel je hem? – merkte ik al snel, want ik werd werkelijk overspoeld met berichten. Onhandigheid blijkt wel vaker voor te komen. Wanneer er bijvoorbeeld bij het overlijden van een baby of een kind wordt gezegd: ‘Dan maak je toch gewoon een nieuwe?’ of ‘Gelukkig heb je er nog eentje’. Er was zelfs een vrouw die vertelde dat er bij een miskraam opgemerkt werd: ‘Het eerste pannenkoekje mislukt altijd’. En bij een vrouw die bij de geboorte van een tweeling een van beide kindje verloor: ‘Je hebt toch een kind?’ Net alsof dat het verdriet minder maakt.

Ook op het werk wordt er in periodes van rouw niet altijd tactvol gereageerd. Een leidinggevende die aan Laura vroeg of ze een leuke vakantie had gehad, toen ze een week vrij had genomen omdat haar vader was overleden, bijvoorbeeld. Of de werkgever van Linda die haar vroeg waaraan haar moeder was overleden. Linda: “Ik antwoordde: leukemie. Waarop ze zei: ‘Gelukkig, dan zag je het al aankomen. Een auto-ongeluk zou veel erger zijn, want dan was het zo abrupt.”

Hoe komt het toch dat mensen in zo’n rouwperiode soms zo onhandig reageren en doen? Stéphanie Beijnes is rouwdeskundige bij Verlies & Verder en bestuurslid bij het Landelijk Steunpunt Rouw.

“Er zijn zoveel dingen die we leren in het leven. Gezond eten, je kinderen opvoeden. Maar hoe verlies werkt leren we nergens. Dus is er een misvatting in onze maatschappij ontstaan over hoe rouw werkt. Kort samengevat komt die misvatting erop neer dat er een begin en een duidelijk eind is aan een rouw proces. En dat als die periode rond is, je ‘het’ verwerkt hebt en weer over kunt gaan tot de orde van de dag. Met de uitspraak ‘Als je alle seizoenen hebt gehad, dan gaat het vast beter’ impliceren we dat dit binnen een jaar gedaan moet zijn. Dit is één van de achterliggende redenen waarom mensen onhandige dingen zeggen als: ‘Heb je het nog niet verwerkt?’

Een ander punt is dat we ons oncomfortabel voelen bij emoties. Het zou fijn zijn als we met zijn allen wat zouden kunnen ontspannen als iemand moet huilen. We doen daar allemaal heel ongemakkelijk over, terwijl verdriet laat zien dat je een mens bent van vlees en bloed.”

‘Ik wist zelf nauwelijks wat ik met al dat rauwe verdriet aan moest. Laat staan dat anderen dat voor me konden bepalen’

In dat laatste herkent Nadia zich goed. Met rouwen op je eigen manier wordt niet altijd met respect omgegaan. Ze verloor beide ouders, bij allebei merkte ze dat mensen uit haar omgeving haar een bepaalde manier van rouwen leken op te dringen. “Huil je wel? Je moet het niet opkroppen hoor!’, ‘Je kunt beter afleiding zoeken, dan denk je er niet steeds aan’, ‘Wat ben je sterk, zou ik niet kunnen… Maar de klap komt heus nog wel’. Ik geloof dat iedereen rouwt op zijn eigen manier, maar vaak lijkt het alsof dat van de omgeving niet mag.”

Die ervaring heb ik zelf ook. Ik had werkelijk totaal geen idee wat ik met al dat rauwe verdriet aan moest, laat staan dat anderen dat voor me konden bepalen. Natuurlijk was het lief bedoeld dat vriendinnen erop stonden dat ik die avond nog met ze uit eten ging. Omdat ik ‘onder de mensen moest komen’ en dat me ‘afleiding zou geven’. Maar soms had ik daar gewoon totaal geen zin in en kon ik me maar net tot een avond Netflixen onder een deken op de bank zetten.

Wat ik wel prettig vond, was als mijn omgeving me hielp bij praktische dingen. Het schrijven van de adressen op de rouwkaarten bijvoorbeeld, het ophalen van mijn kinderen van school, een bak lasagne langs brengen zodat ik die avond niet hoefde te koken. Of gewoon even appen ‘Ik denk aan je’, ook dat hielp me door moeilijke dagen heen. Alleen al een hartje van mijn beste vriendin was soms voldoende om me net wat extra kracht te geven die dag.

Stéphanie Beijnes: “De vraag hoe je je het beste kunt opstellen als iemand rouwt, wekt het idee dat het gaat om iets goed of fout doen. Wees niet zo bang om iets fout te doen. Laat blijken dat je mee leeft. Op een manier die bij jou past en bij het soort relatie wat je met iemand hebt.”

Maar wat kun je dan wel doen als iemand door zo’n moeilijke periode gaat? Stéphanie: “Onderzoek samen met diegene die je kent wat hij of zij fijn zou vinden. Waar iemand behoefte aan heeft is namelijk per persoon verschillend, maar ook verschillend op welk moment je het vraagt. Vul niet al in, maar doe suggesties en stel vragen. Soms kan het fijn zijn iets concreets aan te bieden. Voor iemand koken of boodschappen doen. Maar soms wil iemand gewoon even zijn verhaal kwijt, of wil iemand juist eropuit om wat afleiding te krijgen. Durf te vragen.”

‘Met een vriendin sprak ik af om elke dag een cijfer te geven, om haar te laten weten hoe het me die dag was vergaan’

Tot slot nog enkele tips:

Stephanie Beijnes: “Ik snap dat mensen graag dé goede zinnen zouden willen hebben. Een soort alles-in-een doekje wat je altijd kan gebruiken. Maar dat bestaat niet. Wat ik wel heb, is een paar tips:

Stel jezelf twee vragen als je wil weten hoe het met iemand is. De eerste is: heb ik de tijd, of kan ik die nu maken om echt naar iemand te luisteren? En de tweede vraag: kan ik me openstellen, zodat iemand écht kan vertellen hoe het met hem of haar is? Want voor een nabestaande is weinig zo lastig als de vraag krijgen hoe het nu is, terwijl het duidelijk is dat het aan tijd of oprechte interesse voor het antwoord ontbreekt.

En een andere tip: onderzoek toont aan dat het hebben van een netwerk van groot belang is bij het verwerken van rouw. Dus zet je over je eigen ongemak heen en bied steun. Waar mensen die ik begeleid echt last van hebben is als ze genegeerd worden, wat best veel gebeurd als mensen niet weten wat ze moeten zeggen.”

En mijn persoonlijke tip: blijf met de persoon in rouw communiceren. Ik vond de vraag ‘Hoe gaat het?’ de moeilijkste die er op dat moment was, omdat het antwoord per minuut verschilde. Met een vriendin sprak ik af om elke dag een cijfer te geven, om haar te laten weten hoe het me die dag was vergaan. Dat vond ik fijn.

Nog een ander advies: rouw is niet zo één, twee, drie voorbij. Vraag ook eens na een jaar of een paar jaar hoe die ander nu op die moeilijke periode terugkijkt. Dat doet goed, geloof me maar. Ik merk dat ik dat zelf prettig vind, maar dat weinig mensen dat doen. Soms begin ik er zelf over, deel ik bijvoorbeeld dat ik die dag in huilen uitbarstte toen ik het favoriete Italiaanse nummer van mijn moeder op de radio hoorde. Of dat ik jankend boven de mixer hing toen ik naar een handgeschreven recept haar perfecte tiramisu maakte. Maar veel vaker hou ik het ook voor mezelf en wil ik daar anderen niet mee belasten. Ja, zo merk je maar: ontspannen omgaan met rouw, komt van twee kanten.

Bron: Merel Brons; met een bijdrage van Stephanie Beijens, 4 december 2018  

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *